zondag 20 april 2014

Over flamingo’s en achtbanen

Mijn gedachten raasden deze ochtend weer eens rond alsof mijn hoofd een achtbaan was. Eigenlijk valt mijn gemiddelde gedachtegang goed te vergelijken met mijn wikipediagedrag: op elke pagina die ik lees zie ik wel een interessante term die een link blijkt te vormen naar een volgend artikel, en zo kan ik moeiteloos van de Franse Revolutie via graanprijzen en Afghanistan naar volleybal komen. Vanmorgen legde ik (in mijn hoofd) de route flamingo’sNevadaachtbanen af, en toen ik besefte hoe ik in mijn hoofd moeiteloos deze wikipedia-achtige sprongen door ruimte en tijd kon maken, besloot ik ze voor deze keer vast te leggen en uit te werken. Om nu een spreekwoordelijk dia-ochtendje te houden van de ommelandse reis die ik vanmorgen al gemaakt heb.

Flamingo’s! Waarom dacht ik in hemelsnaam aan flamingo’s? Ik heb geen idee. Ik vind het leuke beesten, ze hebben iets kunstzinnigs over zich, alsof het eerder versieringen van de natuur zijn dan dat ze winnaars van Darwins survival of the fittest-competitie zijn. Wikipedia lijkt deze opvatting overigens te onderschrijven: toen ik net eventjes op de flamingowiki keek kwam ik al verdacht snel op de pagina van de plastic flamingo’s, oftewel flamingobeelden om je tuin mee te versieren. Een stuk beter dan tuinkabouters, als je het mij vraagt. Maar kennelijk vormen ze hét symbool van de Amerikaanse koopzucht en zijn ze het toonbeeld van kitsch in de achtertuin. A la! Ik dwaal af.

Laat ik de route van vanmorgen herpakken; op naar Nevada, de bekende woestijnstaat in de Verenigde Staten. Met Las Vegas als stralend middelpunt, dan wel niet geografisch, dan toch zeker gevoelsmatig. Nevada, met als klinkende bijnamen The Silver State en Battle Born State. De oplettende lezer ziet de tussenstations in de stap van flamingo’s naar Nevada nu gemakkelijk liggen. Flamingo, zo heet het soloalbum van Brandon Flowers, zanger van The Killers. Het laatste album van The Killers heet dan weer Battle Born, naar de bijnaam van Nevada. Hello Nevada!

Vervolgens gingen mijn gedachten terug naar september 2012, toen ik een maand in de Verenigde Staten vertoefde en we onder meer Nevada aandeden. En toen we toch eenmaal in Nevada waren, hebben we Las Vegas meteen ook maar bezocht om een paar puntjes op de 31 te zetten. Van het casino in Fremont Street naar het casino hier in Utrecht is een kleine stap. Zo kwam ik uit bij de uitjes met mijn collega’s, die bijvoorbeeld naar de roulettetafels achter de jaarbeurs hebben geleid. Het volgende uitje dat in de planning staat is een bezoekje aan achtbanenpark Walibi. Op het moment dat ik vanmorgen in mijn hoofd de Goliath al instapte, dacht ik “wow, mijn gedachten razen nu rond alsof mijn hoofd zélf een achtbaan is”. Zodoende was de eerste zin van dit stukje geboren, en heb ik de route nogmaals afgelegd. Nu is het tijd om verder te denken. Ik zal niet de rest van de dag de tussenstations van mijn gedachtegang vastleggen en uitleggen, maar ik kan de eerste landmarks al wel geven (opdracht: probeer de tussenstations in te vullen!): achtbanenautoU2, New Years’ DaykamperenTIJDSNOOD — moet nú gaan.