vrijdag 9 augustus 2013

Grijze stenen – Aflevering 1: Kowloon Walled City

Ik heb altijd een fascinatie gehad voor gebouwen en bouwwerken. En dan heb ik het niet over hypermoderne wonderen als wolkenkrabbers die met de zon meedraaien, of oude pracht als die bekende fotogenieke toren in Pisa. Nee, wat mijn aandacht trekt zijn vervallen gebouwen, ontdaan van alle glorie zo die er ooit geweest is, troosteloze flats die de stille getuigen vormen van afgesloten hoofdstukken uit de geschiedenisboeken, of verlaten bouwwerken die slechts hun tijd lijken uit te zitten — tot ze door planten overwoekerd worden, dieren er hun schuilplaats in vinden, of de rand van de menselijke samenleving er haar plek in vindt (zo heeft het verhaal dat er onder New York in ongebruikte metrotunnels en -stations een “tweede stad” bestaat, bewoond door zwervers, junks, en andere randfiguren van de samenleving bovengronds, me mateloos geboeid).

Dit stuk is de aftrap van een serie artikelen die ik van plan ben te gaan schrijven. In elk artikel belicht ik één of meer gebouwen, bouwwerken, of — zoals in dit artikel direct het geval is — een heel stadsdeel.

In dit eerste artikel zal ik het hebben over Kowloon Walled City. Onlangs kwam ik op internet een artikel tegen over dit deel van Hong Kong, waar de steegjes zo smal en de flats zo hoog en zo wanordelijk gebouwd waren, dat er vanaf de grond geen hemel te zien was. Jarenlang was deze “stad in een stad” een vrijplaats voor junks, prostituees, criminelen, en andere randfiguren; de belangrijkste reden hiervoor was dat onduidelijk was onder welk gezag het stadsdeel viel. Afgelopen dagen heb ik me verder verdiept in dit onderwerp, waar ik voorheen nog niets vanaf wist. De geschiedenis is even fascinerend als afschuwwekkend.

Kowloon Walled City: stad in een stad

Oorspronkelijk was Kowloon Walled City een Chinees fort in het Hong Kongse stadsdeel Kowloon City District, waar de Chinezen geen afstand van wilden doen toen Hong Kong in 1842 in handen van Groot-Brittanië viel. Door aan dit ommuurde stadsdeel vast te houden, konden ze vanuit het centrum van het zojuist overgenomen Hong Kong de nieuwe machthebbers in de gaten houden. Tijdens de Tweede Wereldoorlog viel Hong Kong, en daarmee ook Kowloon Walled City, in Japanse handen. In deze periode werden de vestigingsmuren afgebroken, omdat de Japanners bouwmaterialen nodig hadden voor de aanleg van een vliegveld in de buurt.

Na de Tweede Wereldoorlog was de territoriale status van het stadsdeel schimmig; de Chinezen beschouwden Kowloon Walled City als een onderdeel van haar territorium, maar hadden er feitelijk geen gezag, terwijl het gebied ook weer geen deel was van het Britse Hong Kong. Invallen van de Hongkongse politie in het gebied, hoe noodzakelijk ook, leidden tot felle diplomatieke protesten vanuit China. De combinatie met de openlijk anti-Britse sfeer en de ondoorgrondelijke duisternis in het labyrint van kleine steegjes zorgde ervoor dat de Britse autoriteiten al snel hun grip verloren op Kowloon Walled City. Van 1950 tot 1970 lag de werkelijke macht dan ook in handen van Hongkongse-Chinese criminele organisaties, de zogeheten Triades.

Kowloon Walled City. Op de achtergrond de moderne wolkenkrabbers van Hong Kong.
Kowloon Walled City.

De bevolking groeide explosief, aangezien van alle kanten vluchtelingen, prostituees, en criminelen toestroomden naar dit wetteloze stadsdeel. In 1987 woonden er liefst 33.000 inwoners in het gebied, dat slechts 210 bij 120 meter telde. De flatgebouwen stonden zij aan zij, en telkens werden er maar weer nieuwe verdiepingen bovenop gebouwd. Onderling waren de flats verbonden door loopbruggen — het was mogelijk om heel Kowloon Walled City van noord naar zuid te doorkruisen zonder maar één keer de grond te raken. Zonlicht drong amper tot niet door in de steegjes, die vaak slechts één à twee meter breed waren, en uit lekkende leidingen en airco’s drupte onophoudelijk water naar beneden. De woningen waren piepklein, vochtig, en vaak niet voorzien van een raam. Alleen de bewoners die het geluk hadden aan de buitenkant van Kowloon Walled City te wonen, vingen zonlicht vanuit hun aangebouwde balkons, die als een soort kooien aan hun flats hingen. Jackie Pullinger, een Britse missionaris die jarenlang een kliniek voor drugsverslaafden in de wijk runde en er zelf ook woonde, zei over Kowloon Walled City: “It’s a very unhealthy place. I live here, and my room is wet, all the time. I don’t know if it’s night or day when I wake up. I take the telephone then, and ask. I also ask about the weather.”

In Standaardkantonees werd Kowloon Walled City vaak aangeduid met Wôong, Toow, Tok — “prostitutie, gokken, drugs”. Dit was niet voor niets. Sexshops, duistere gokruimtes, en narcoticalaboratoria waren overal te vinden. Ook stond Kowloon Walled City bekend om de goedkope dokters en tandartsen die er opereerden: geen enkele instantie die om diploma’s vroeg, of die in de gaten hield wat er nou precies gebeurde in de smoezelige achterkamertjes die dienst deden als operatieruimte. Er was geen politie, er waren geen wetten.

Toch was er wel degelijk een zekere orde in Kowloon Walled City. De eerder genoemde Hongkongse-Chinese maffia had de touwtjes in handen, en zolang de inwoners een bepaald bedrag aan hen afdroegen, handhaafden zij de orde. Verreweg de meeste inwoners waren zelf niet betrokken bij criminele activiteiten. Zij leefden een hard, maar eerlijk leven in de flats. Er waren veel eenmanszaken, bijvoorbeeld voor de productie van noodles, plastic tassen, of namaakartikelen zoals horloges. Omdat er geen voorschriften waren omtrent de werkomstandigheden, maakten de bewoners veelal werkdagen van zo’n twaalf uur. Als een menselijke robot, niet gehinderd door enige veiligheids- of hygiënevoorschriften, produceerden ze goederen die in de rest van Hong Kong en ver daarbuiten gretig aftrek vonden. Nergens was productie zo goedkoop als in Kowloon Walled City — de economie van Hong Kong, die wonderbaarlijke snel groeide, heeft hier veel profijt gehad.

Maar Kowloon Walled City was boven alles een hoofdpijndossier voor zowel de Britse als de Chinese overheid. De erbarmelijke levensomstandigheden van de inwoners, de smerigheid in het stadsdeel, de wetteloosheid die er heerste — de regeringen konden niet voor eeuwig hun ogen gesloten houden. In 1987 werd bekend gemaakt dat Kowloon Walled City gesloopt zou worden. In de daaropvolgende jaren werd de bevolking gerehabiliteerd, en in maart 1993 begonnen de sloopwerkzaamheden. Een jaar later waren alle flats met de grond gelijk gemaakt.

Op de plek waar tienduizenden mensen opeengepakt leefden in krappe, donkere woningen zonder fatsoenlijke sanitaire voorzieningen, waar zonlicht noch overheid in de smalle steegjes kon doordringen, waar criminaliteit en prostitutie welig tierden, is een park aangelegd. Een park met grasvelden en vijvers, met allerlei soorten planten, met metersgrote schaakborden en met paviljoens om te eten, te drinken, en bruiloften te vieren. Groter kan het contrast niet zijn.

Links: steegje in Kowloon Walled City. Rechts: een klein stukje hemel is te zien vanaf de grond.

Onderstaande documentaire uit 1989 geeft een rondleiding door Kowloon Walled City. Zeer indrukwekkend!


Geen opmerkingen:

Een reactie posten